Een belfort of halletoren is een middeleeuwse wachttoren met een stormklok. Meer algemeen wordt met ‘belfort’ een stedelijke toren in de Belgie en zuidelijk Nederland aangeduid, waarin de stadsklokken werden gehangen en die vaak op of aan een stadhuis of commerciële lakenhal werd gebouwd.

In 2008 werd de eerste Kunstmarkt gehouden. Naast de kunstenaars die hun werk tentoon stellen, is er een uitgebreid cultureel programma. Door de jaren heen zijn het aantal kunstenaars en het culturele programma sterk uitgebreid. Doel is een markt te organiseren met een hoog professioneel gehalte. De Kunstmarkt wil zich onderscheiden door een breed cultureel aanbod van zowel kunstenaars als artiesten. Het bezoekersaantal loopt ieder jaar op. Wij verwachten in september 3000 tot 4000 bezoekers.

Bekende belforten zijn te vinden in het Nederlandse Sluis, in Brugge, Gent, Ieper en Kortrijk. Een groep van 56 belforten in België en Frankrijk is opgenomen in de UNESCO Werelderfgoedlijst.

Wij organiseren de Kunstmarkt p het plein voor het gemeentehuis en in de hal van het gemeentehuis. Ruim honderd kunstenaars uit Nederland, België en Duitsland zullen eigen werk van hoog niveau te koop aanbieden. In 2010 zal de editie van dit landelijk bekende evenement weer plaatsvinden. Vanaf januari 2010 gaan wij weer aan de slag om dit gezellige evenement weer de kwaliteit te bieden die kunstenaars en bezoekers verwachten.

In de middeleeuwen kwam de handel en (laken)industrie tot grote bloei in Noordwest-Europa. Hierdoor werd de burgerij in de steden rijk en nam hun invloed toe. Belforts vormden een zinnebeeld van deze stedelijke en burgerlijke vrijheid en macht. Voordien hadden namelijk alleen de vorsten en de kerk het geld om zulke grote gebouwen te financieren.

Vaste vrijwilligers – met verschillende achtergronden – organiseren samen jaarlijks de Kunstmarkt. Zij starten in november met de voorbereidingen. Werkzaamheden zijn o.a. het werven en selecteren van kunstenaars, het werven van fondsen en sponsoren, vergunningen aanvragen bij de gemeente, logistiek, vormgeving en PR, artiesten contracteren. Vóór de zomervakantie is het programma grotendeels klaar, hebben kunstenaars zich ingeschreven en is de PR-machine in volle gang. Op de dag zelf zijn nog eens 40 extra vrijwilligers aanwezig.

In Vlaanderen hadden de steden in de middeleeuwen het recht een belfort te bouwen. Het oudste belfort is dat van Poitiers, gebouwd na het ontvangen van stadsrecht in 1099.

De eerste belforten waren van hout. Deze vielen gemakkelijk ten prooi aan de in de middeleeuwen veelvuldig voorkomende stadsbranden. Er is geen enkel houten belfort bewaard gebleven. Vanaf de 12e eeuw werden de belforten in steen opgetrokken. De oudste stenen belforts doen denken aan kasteeltorens, zoals de zware vierkante toren van de 13e eeuwse Lakenhalle van Ieper of het 14e eeuwse ronde belfort van Namen dat oorspronkelijk een toren van de stadsmuur was. In de eeuwen daarna werden de stedelijke klokkentorens veel slanker, waarbij het bovenste deel van de toren extra opviel, zoals bij het stadhuis van Brussel (15e eeuw) en de Lakenhal van Tielt (16e eeuw).

Het belfort was, als veiligste plek in de stad, vaak het onderkomen van het stadsarchief, de stadskluizen en soms ook de gevangenis. Door de hoogte werd de klokkentoren ook gebruikt als uitkijktoren om vijanden tijdig te zien aankomen en om stadsbranden snel te kunnen ontdekken. De stadsklok werd dan geluid. Andere functies van de stadsklok waren: aangeven wanneer de stadspoorten open en dicht gingen, luiden bij het begin en einde van de werkdag en het beieren ter gelegenheid van festiviteiten. Vanaf de 16e eeuw kwamen carillons in de mode.